Initiatiefrecht
Om de impact van de stem van de kiezer zichtbaarder en effectiever te maken bij het vormen van een coalitie wordt een initiatiefrecht toegekend aan de verkozene met de meeste naamstemmen die tot de grootste lijst behoort.
Die verkozene krijgt als eerste de mogelijkheid om een meerderheid te vormen. Het initiatiefrecht kan via een cascaderegeling overgaan naar de verkozene met de meeste naamstemmen die tot de tweede grootste lijst behoort enzovoort.
- Het initiatiefrecht lag bij: Denis Fraeyman, cd&v (lijst 3)
- Dit eerste initiatiefrecht loopt van 14 oktober 2024 tot en met 28 oktober 2024
Actuele stand van zaken met betrekking tot het initiatiefrecht
Op donderdag 24 oktober 2024 werd door de houder van het initiatiefrecht, Denis Fraeyman, een gezamenlijke akte van voordracht van kandidaat-schepenen ingediend. Dit betekent dat het initiatiefrecht hiermee stopt.
De toekenning van het initiatiefrecht
De verkozene met de meeste naamstemmen op de grootste lijst krijgt voor een periode van veertien dagen een exclusief initiatiefrecht om na de verkiezingen een nieuwe coalitie te vormen (artikel 5, §3, DLB). Het initiatiefrecht komt dus niet toe aan de lijsttrekker, maar aan de verkozene die op de grootste lijst daadwerkelijk de meeste stemmen heeft behaald. Als verkozenen een identiek aantal hoogste naamstemmen hebben behaald, komt het initiatiefrecht toe aan de verkozene die het hoogst gerangschikt stond op de lijst. De lijstgrootte wordt bepaald op basis van het stemcijfer, zoals vastgelegd in het proces-verbaal van het gemeentelijk hoofdbureau.
Als de verkozene als houder van het initiatiefrecht er niet in slaagt om binnen een periode van veertien dagen een coalitie te vormen door een gezamenlijke akte van voordracht van schepenen in te dienen, gaat het initiatiefrecht over op de verkozene met de meeste naamstemmen van de tweede grootste lijst enzovoort.
Op het formulier G86, dat als bijlage bij het proces-verbaal van de verkiezingen van het gemeentelijk hoofdbureau is gevoegd (zie hierboven), is opgenomen wat de volgorde is van de verkozenen die het initiatiefrecht verkrijgen.
De start van het initiatiefrecht
Het initiatiefrecht wordt toegekend voor een periode van veertien dagen die start op de dag na de dagtekening van het proces-verbaal van de verkiezingen. De houder van het initiatiefrecht kan binnen die periode een coalitie vormen door een gezamenlijke akte van voordracht in te dienen als vermeld in artikel 43, §1, DLB (voordrachtsakte kandidaat-schepenen).
De overgang van het initiatiefrecht
In de volgende twee situaties gaat het initiatiefrecht over naar de verkozene met de meeste naamstemmen van de volgende lijst in afnemende volgorde van lijstgrootte:
- binnen een termijn van veertien dagen is er geen gezamenlijke akte van voordracht als vermeld in artikel 43, §1 DLB, ingediend door de houder van het initiatiefrecht;
- de houder van het initiatiefrecht doet afstand van het initiatiefrecht via een verklaring van afstand. De verklaring van afstand moet worden ingediend bij de algemeen directeur.
De houder van het initiatiefrecht kan dus vroegtijdig afstand doen van zijn initiatiefrecht (bijvoorbeeld als hij vaststelt dat hij geen coalitie kan vormen). Dat gebeurt via een verklaring van afstand. Op de website van het Agentschap Binnenlands Bestuur is een model te vinden van een dergelijke verklaring van afstand (model GEM 10). De houder van het initiatiefrecht dient de verklaring van afstand in bij de algemeen directeur die daarvan melding maakt op de gemeentelijke website van de gemeente.
De volgende periode van veertien dagen begint altijd te lopen de dag nadat de handeling die het initiatiefrecht doet overgaan, zich voordoet.
Het definitieve einde van het initiatiefrecht
Het initiatiefrecht eindigt definitief in drie situaties:
- als er een gezamenlijke akte van voordracht als vermeld in artikel 43, §1 DLB, is ingediend door de houder van het initiatiefrecht;
- als op de derde dag voor de installatievergadering er geen gezamenlijke akte van voordracht als vermeld in artikel 43, §1 DLB, is ingediend. De reden daarvoor is dat een gezamenlijke akte van voordracht alleen ontvankelijk kan worden ingediend tot uiterlijk drie dagen voor de installatievergadering;
- als alle houders van het initiatiefrecht hebben hun recht uitgeput.
Als het initiatiefrecht is uitgeput zonder dat er een gezamenlijke akte van voordracht is ingediend, dan kan op elk moment en door elke lijst een gezamenlijke akte van voordracht worden ingediend. Uiteraard op voorwaarde dat dit tijdig gebeurt, zijnde uiterlijk drie dagen voor de installatievergadering.
Het gevolg van het niet-respecteren van het initiatiefrecht
De gezamenlijke akte van voordracht voor de kandidaat-schepenen, vermeld in artikel 43, §1 DLB, moet worden ingediend met respect voor het initiatiefrecht. De akte voldoet alleen aan die voorwaarde als ze wordt ingediend gedurende de periode waarin een van de verkozenen op de ondertekenende lijsten het initiatiefrecht had, én de akte ondertekend is tijdens de periode van het initiatiefrecht van een van de ondertekende lijsten. Het is niet vereist dat de houder van het initiatiefrecht de akte van voordracht zelf heeft ondertekend.
Als die voorwaarden niet worden nageleefd, zal de voorzitter van de gemeenteraad de ingediende akte op de installatievergadering onontvankelijk verklaren. De verkozenen die een dergelijke akte ondertekenen met miskenning van het initiatiefrecht, worden gesanctioneerd overeenkomstig artikel 7, §2, DLB. Dat betekent dat de verkozenen die een gezamenlijke akte van voordracht met miskenning van het initiatiefrecht ondertekenen, voor de duur van de zittingsperiode van de gemeenteraad niet kunnen worden benoemd of verkozen als burgemeester, schepen, voorzitter van de gemeenteraad, voorzitter van een gemeenteraadscommissie, voorzitter of lid van het bijzonder comité voor de sociale dienst, noch een dergelijk mandaat waarnemen.
Evenmin kunnen ze de gemeente vertegenwoordigen of namens de gemeente een mandaat bekleden of waarnemen in gemeentelijke extern verzelfstandigde agentschappen of andere verenigingen, stichtingen of vennootschappen. Ze kunnen evenmin het OCMW vertegenwoordigen of namens het OCMW een mandaat bekleden of waarnemen in een vereniging of vennootschap als vermeld in deel 3, titel 4, van het DLB, of in andere verenigingen, stichtingen of vennootschappen. Als de verkozene al een dergelijk mandaat bekleedt of waarneemt, vervalt dat van rechtswege (artikel 43, §1, vierde lid in samenhang gelezen met artikel 7, §2, tweede lid, DLB).
De rol van de algemeen directeur binnen het initiatiefrecht
De algemeen directeur zorgt ervoor dat iedereen op de hoogte is wie het initiatiefrecht uitoefent, wanneer het initiatiefrecht is geëindigd of wanneer het initiatiefrecht overgaat. Bij het proces-verbaal van het hoofdbureau van de verkiezingen is een bijlage opgenomen (formulier G86), waarin is aangegeven in welke volgorde de lijsten aan bod komen voor de uitoefening van het initiatiefrecht en wie van die lijst het recht uitoefent.
De algemeen directeur publiceert de bijlage en communiceert duidelijk op de gemeentelijke website wie het initiatiefrecht als eerste uitoefent. De algemeen directeur maakt de volgende elementen, nadat ze zich hebben voorgedaan, onmiddellijk bekend op de webtoepassing van de gemeente, waarna het initiatiefrecht eindigt of overgaat:
- de indiening van een gezamenlijke akte van voordracht door de houder van het initiatiefrecht;
- het ontbreken van een gezamenlijke akte van voordracht op de derde dag voor de installatievergadering;
- de uitputting van het initiatiefrecht door alle houders van het initiatiefrecht;
- de indiening van een verklaring van afstand;
- het ontbreken van een gezamenlijke akte van voordracht, ingediend door de houder van het initiatiefrecht, na het verstrijken van een periode van veertien dagen.
In de situaties, vermeld in 1 tot en met 3, betekent de publicatie van de formele handeling op de gemeentelijke website het einde van het initiatiefrecht. In de situaties, vermeld in 4 en 5, meldt de publicatie de overgang van het initiatiefrecht. Het initiatiefrecht van de volgende start op de dag na het feit dat de overgang betekent.
In de situaties waarin het initiatiefrecht overgaat, maakt de publicatie ook melding van de verkozene die vanaf dan het initiatiefrecht uitoefent.
Meer informatie
Info over het initiatiefrecht kan je ook vinden op de website van het Agentschap Binnenlands Bestuur rond de lokale en provinciale verkiezingen.